Norm: Gangen en trappen

Inhoud van deze pagina

Vragen

In het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL) staat dat trappen, ongeacht de breedte, voorzien moeten zijn van 1 leuning. In de Arbocatalogus-VO staat dat trappen breder dan 1,20 meter aan beide zijden voorzien moeten zijn van 1 leuning. Wat is nu de werkelijke wettelijke norm?

In het BBL staat (art. 3.22) dat een trap tenminste aan 1 zijkant voorzien is van een leuning. Dat is de minimale wettelijke norm op grond van het BBL. De norm in de Arbocatalogus-VO is in die zin een bovenwettelijke norm. Tegelijkertijd biedt deze norm naar het inzicht van de sociale partners in het voortgezet onderwijs een noodzakelijke voorzorgsmaatregel.

De relevante vraag is of naleving van de minimale wettelijke norm van het BBL voldoende is om te voorkomen dat er valpartijen op trappen in scholen ontstaan. Werkgevers zijn op grond van de Arbowet- en regelgeving verplicht gevaren voor werknemers te voorkomen. Diezelfde werkgevers hebben op grond van de wet op het voortgezet onderwijs de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de aan hun toevertrouwde leerlingen. Op trappen waarbij tijdens de leswisseling tweerichtingsverkeer gebruikelijk is, is gezond verstand voldoende om te beseffen dat een leuning aan weerszijden van een trap valpartijen kan helpen voorkomen.

Er mag van de normen in de Arbocatalogus-VO worden afgeweken mits de veiligheid en gezondheid op een gelijkwaardig niveau worden beschermd.

Mag en kan men de tweede trap, bij de roldeur, van het praktijklokaal (elektrotechniek) op de 2e verdieping, verwijderen? Zijn er richtlijnen voor een of twee trappen?

Ja. Een tweede trap is wettelijk niet noodzakelijk tenzij een enkele trap risico’s met zich mee brengt bij calamiteiten waarbij de aanwezige personen de verdieping snel moeten verlaten. Dit kan beoordeeld worden bij een ontruimingsoefening. Het is geen goede keuze om de trap bij de roldeur te laten verwijderen omdat bij calamiteiten men via deze trap het snelste naar buiten kan komen.

In de Arbocatalogus-VO zijn geen normen of verplichtingen opgenomen over het plaatsen van een of twee trappen. Wel wordt in de Arbocatalogus-VO vermeld dat in noodgevallen, zoals brand, is het noodzakelijk dat alle verblijfsruimtes snel moeten kunnen worden verlaten. Verder wordt ook vermeld dat gangen, trappen en overige ruimten in de school zijn berekend op de capaciteit bij het verlaten van de ruimte en zijn zodanig uitgevoerd dat het risico op vallen en struikelen gering is. Het gaat hierbij om het zo snel en veilig verlaten van de ruimte bij calamiteiten.

Het Bouwbesluit 2012 stelt evenmin twee trappen verplicht.

Hoe hoog moet een balustrade zijn in de aula van ons schoolgebouw?

Plaatsen waar gevaar voor vallen (ook van materiaal) van een bepaalde hoogte bestaat (zoals vloeropeningen, trapgaten en bordessen), moeten deugdelijk zijn afgeschermd met een veiligheidsrailing van ongeveer 1 meterhoog. Bordessen op meer dan 2,5 meterhoogte, zijn altijd voorzien van een veiligheidsrailing. Deze informatie is opgenomen in de norm Gangen en trappen.