Schoolvoorbeeld:
Training Veilig voorbereiden van proeven voor toa’s

SOML is een scholenstichting in Midden-Limburg, waarbij tien middelbare scholen zijn aangesloten. Het interne professionaliseringscentrum ‘Heyy by SOML’ verzorgt de deskundigheidsbevordering van het personeel. Heyy richt zich daarbij steeds meer op (maatwerk-)trainingen aan de hand van vragen van medewerkers. Zo klopte Bram Cuppens, toa scheikunde, aan bij Heyy. Hij had behoefte aan een vakinhoudelijke training over het veilig voorbereiden en uitvoeren van proeven bij scheikunde. De workshop ‘Veilig voorbereiden van proeven’ van Vapro bleek in deze behoefte te voorzien. De training kan op maat gemaakt worden voor specifieke doelgroepen, zoals toa’s, én wordt op verzoek incompany gegeven.

Bram bleek niet de enige toa die graag bijgespijkerd wilde worden. Vrijwel alle toa’s binnen de stichting meldden zich direct aan voor de training, die twee middagen in beslag neemt. De eerste middag staat in het teken van theorie: welke risico’s loop je bij proeven en hoe kun je ze met kleine aanpassingen veiliger maken? Het maken van een risico-inventarisatie als je twijfels hebt bij de voorbereiding van een proef, speelt daarin een belangrijke rol. Tijdens de tweede middag is er vooral aandacht voor de praktijk: samen met collega’s proeven voorbereiden en uitvoeren én kijken hoe het veiliger kan.

Dankzij de training is het veiligheidsbewustzijn onder de toa’s vergroot, bovendien zitten alle regels weer vers in het geheugen. En een minstens zo belangrijk effect: de toa’s zijn meer met elkaar in gesprek over veiligheid en kunnen zo van elkaar leren. Dit is belangrijk omdat er weliswaar veel regels en protocollen zijn, maar er ook nog een groot grijs gebied is als het gaat om het voorbereiden en uitvoeren van proeven. Daardoor doet iedereen het op eigen inzicht, waardoor er veel onderlinge verschillen zijn. De training helpt de toa’s hun werkwijze meer op één lijn te brengen, een eerste stap naar een stichtingbreed beleid voor het gebruik van gevaarlijke stoffen.

Effect op arbo

Dankzij de training ‘Veilig voorbereiden van proeven’ zijn de toa’s beter op de hoogte van de (arbo)-regelgeving en protocollen op het gebied van gevaarlijke stoffen. Dit maakt het voor de toa’s makkelijker om aan alle eisen en normen te voldoen bij het voorbereiden en uitvoeren van proeven. Zo kunnen ongevallen tijdens proeven worden voorkomen.

Winst

• Dankzij de training zit alle regelgeving weer vers in het geheugen.
• Proeven worden veiliger voorbereid en uitgevoerd.
• Het veiligheidsbewustzijn en verantwoordelijkheidsgevoel onder de toa’s is vergroot.
• Toa’s zijn meer met elkaar in gesprek over veiligheid en leren van elkaar.
• De training heeft geleid tot een eerste aanzet naar SOML-breed beleid rondom werken met gevaarlijke stoffen.
• In navolging van de toa’s gaan nu ook de docenten een training volgen, die inspeelt op veilig toezichthouden bij proeven.

Plus- en minpunten

+ De training behandelt beknopt en laagdrempelig de belangrijkste regelgeving rondom gevaarlijke stoffen.
+ Doordat de training op maat kan worden gemaakt, kan deze worden toegespitst op hele specifieke situaties en doelgroepen.
+ De training kan incompany worden gegeven, dat de drempel om deel te nemen kleiner maakt.
- Er zijn kosten aan verbonden. Normaal gesproken werkt Heyy vooral met interne expertise, waardoor het inkopen van externe trainingen niet nodig is.

Tijd

De training neemt twee middagen in beslag. Daarnaast krijgen de deelnemers huiswerk mee, namelijk het maken van een risico-inventarisatie (Taak Risico Analyse) voor een of meer proeven. Dit kost enkele uren.

Kosten

Het organiseren van een training op maat door Vapro kost afhankelijk van het aantal deelnemers en de locatie tussen 250 en 350 euro per persoon.

Tips

• Peil de behoefte bij medewerkers als het gaat om trainingen; maatwerktrajecten spreken vaak meer aan dan standaardtrainingen.
• Kijk bij de invulling van de training goed naar de praktijk; wat is de concrete vraag van de medewerkers? Kunnen ze het geleerde meteen inzetten in hun dagelijkse werkpraktijk?
• Zorg ervoor dat de drempel om aan te melden zo laag mogelijk is. Denk aan een persoonlijke benadering, maar ook leidinggevenden die medewerkers stimuleren om een training te volgen.
• Geef een vervolg aan de training, zodat de kennis niet wegzakt.