Vanwege de werkzaamheden die in het praktijklokaal worden uitgevoerd zullen de leerlingen en werknemers zich moeten beschermen tegen gevaar en stof, vuil etc.
Inhoud van deze pagina
Norm
De school moet leerlingen voorzien van doelmatige persoonlijke beschermingsmiddelen en toezien op het gebruik ervan.
Leerlingen/studenten en docent beschikken over passende en voor de aard van het werk geschikte werkkleding en -schoeisel. Bijvoorbeeld laboratoriumjas bij scheikunde; overall bij machines; geen sandalen of sportschoenen en ontblote armen bij lassen.
De docent of onderwijsassistent controleert op juist gebruik en onderhoud van de persoonlijke beschermingsmiddelen.
Voor de school gelden in verband met de verstrekking van persoonlijke beschermingsmiddelen de volgende richtlijnen:
de kosten worden gedragen door de school;
deugdelijke opbergplaatsen;
deugdelijk onderhoud;
toezicht op gebruik;
voorlichting en instructie aan de gebruikers.
In of nabij het lokaal is voldoende kleding- en tassenberging.
Wens
Afhankelijk van de gemiddelde verhouding jongens/meisjes bij het betreffende vak kan men een of enkele wasbakken bestemmen voor jongens of meisjes. De wasbakken hoeven niet in gescheiden ruimtes te zijn.
Datum laatste wijziging: donderdag 28 augustus 2008