Schoolvoorbeeld:
Omgaan met radioactieve bronnen

Calvijn College in Goes"heeft uitgezocht of de omgang met radioactieve bronnen nog steeds voldoet aan de wet- en regelgeving en/of ze vergunningsplichtig zijn.

Inhoud van deze pagina

Een artikel over radioactieve bronnen in scholen en vergunningen was voor Johan Nijsse, toa Natuurkunde bij het Calvijn College in Goes, aanleiding om uit te zoeken of de omgang met radioactieve bronnen op het Calvijn College nog steeds voldoet aan de wet- en regelgeving en/of ze vergunningsplichtig zijn.

Radium-226

Voor demonstratieproeven, als inleiding op het onderdeel Radioactiviteit, maakt Nijsse gebruik van de radioactieve bron Radium-226, 3,7 KBq (Eurofysica (Phywe), P0904431). Hierbij worden eenvoudige principes gedemonstreerd, bijv. halveringsdikte en het zichtbaar maken van de straling in een zogenaamde nevelkamer. In principe werkt alleen de docent en toa met dit preparaat. Als er, in een uitzonderlijk geval, door leerlingen iets mee gedaan wordt in een onderzoek, gebeurt dit altijd onder begeleiding. Deze ‘onderzoekjes’ zijn niet opgenomen in het curriculum en komen dan ook alleen maar voort uit interesse van een bepaalde leerling. Het preparaat is bij aankoop afgeleverd in een loden ommanteling (zie afbeelding). Dit is voldoende om hem veilig in de kast op te slaan.

Afhankelijk van de hoeveelheid radioactiviteit van de bronnen moet de school hier een vergunning op basis van de Kernenergiewet (KEW) voor hebben. Nijsse heeft contact opgenomen met de VO-consultant van Arbo-VO om duidelijkheid te krijgen mbt de arboregelgeving. Voor Radium-226 geldt een vrijstellingsgrens tot 10 KBq. Voor de zekerheid heeft Nijsse melding gemaakt bij het Agentschap NL Milieu en Leefomgeving, Stralingsbescherming. Ook daar werd bevestigd dat er geen vergunning noch meldingsplicht noodzakelijk was voor Radium-226, 3,7KBq.

Gloeikousjes

Het Calvijn College beschikte ook over een aantal gloeikousjes (Thorium-90) die op campinggasbranders worden gebruikt. Omdat hier geen gebruik van werd gemaakt en omdat samen met de hoeveelheid Radium-226 het Calvijn College wel vergunningsplichtig was, heeft het CalvijnCollege besloten de gloeikousjes af te voeren.

Ioniserende Stralen Practicum (ISP)

Ook maakt het Calvijn College gebruik van het ISP om aan het praktijkdeel van het curriculum te voldoen. Elk jaar wordt door de organiserende school (Goese Lyceum) een uitnodiging verstuurd waarop je als school kunt reageren. Daarna wordt een planning gemaakt en kun je met de leerlingen in een dagdeel het practicum doen. Door dit uitgebreide practicum is er op het Calvijn College minder behoefte aan materialen om radioactiviteit te demonstreren.

Op locatie worden de leerlingen geïnstrueerd door de docent van het Goese Lyceum, of de ISP-docent, ondersteund door de toa. De toa doet dus ook mee als hij/zij meegaat als begeleider.

Effect op arbo

Door de hoeveelheid radioactieve bronnen te beperken en door gebruik te maken van het Ioniserende Stralen Practicum (ISP) wordt blootstelling aan ioniserende straling zoveel mogelijk voorkomen. Daarmee is de arbeidshygiënische strategie of bronaanpak gevolgd waarmee risicobeheersing een stuk eenvoudiger wordt.

Winst

Minder gezondheidsrisico voor medewerkers en leerlingen en vooral minder administratieve rompslomp en dus minder tijd en kosten. Het Calvijn College valt niet (meer) onder de werking van de KEW. Daarmee vervalt de meldings- en vergunningsplicht en alles wat daarmee samenhangt.

Plus- en minpunten

+ zekerheid over de mate van risico (zeer beperkt).
+ minder tijd en kosten die samenhangen met het voldoen aan wet- en regelgeving (KEW niet van toepassing).

- beperking van mogelijkheden om het practicum naar eigen inzicht vorm te geven.
- kosten door een deel van het practicum uit te besteden aan ISP.

Tijd

Het onderzoeken of er een vergunning nodig was, heeft een uur of 6 tijd gekost. Het gebruik van ISP kost niet meer tijd dan het begeleiden van de leerlingen tijdens het practicum.

Kosten

De kosten voor het ISP bedragen € 5 per leerling.

Tips

Het zoeken in het ‘arbo-bos’ kan erg veel tijd kosten. Bij twijfel is het daarom aan te bevelen om vakmensen te raadplegen. In dit geval is dat Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS). Zij hebben in veel kortere tijd de juiste specifieke gegevens verzameld die in jouw situatie nodig zijn. Zij zitten ‘in’ de materie terwijl je er zelf nog helemaal doorheen moet.

Er zijn nog geen reacties gegeven op dit schoolvoorbeeld.

Reageer op dit schoolvoorbeeld